‘Heb jij al het kerstgevoel?’ vroeg een familielid me afgelopen kerst. Zeker, ik had de kamer versierd, met een lantaarntje bij de voordeur, een kerstboom en een nieuwe kerstloper op mijn witte tafelkleed. Ik had de boodschappen gedaan en geoefend met mijn koor. Maar had ik al kerstgevoel? Wat maakt dat je denkt: ‘nu is er vrede op aarde’.

Ik kreeg dat gevoel dit jaar bij het bezoeken van de tentoonstelling ‘Gospel’, de prachtige multimedia tentoonstelling in het Catherijneconvent in Utrecht. Het begon met de rijen buiten voor de kerststal, die we uiteindelijk vanwege de drukte toch oversloegen. Het deed me wat om zoveel mensen te ontmoeten op zoek naar ‘het kerstgevoel’.

In de tentoonstelling werd je door de geschiedenis van black gospel heen geleid. Ik zag de beroemde artiest Mahalia Jackson die kwam zingen op een jubileumbijeenkomst van het Nederlands BijbelGenootschap waar de keurige kerkelijke jonge mensen uit hun dak gingen. In een interview verklaarde Mahalia dat ze niet mee kon doen aan de massabijeenkomsten van de burgerrechtenbeweging maar dat ze met haar optredens miljoenen dollars bijeenbracht, geld dat hard nodig was voor de beweging, ook voor het betalen van de borgtocht van demonstranten die gevangen gezet werden. Was ze in mijn herinnering een goede zangeres die ‘anders’ zong, nu ontmoette ik een krachtige vrouw die wist dat je alleen vrij kunt worden als je dat zelf met elkaar bevecht.

Door muziekfragmenten en interviews volgde je het ontstaan van de Black Gospel op de plantages in het Zuiden van de Verenigde Staten en in de burgerrechtenbeweging. Bijzonder waren de interviews met beroemde artiesten die vertelden wat de muziek voor hen betekent. ‘Als ik ‘Amazing grace, how sweet the sound’ zing, dan voel ik me in de zoete werkelijkheid van de geest van Jezus die me vrij maakt’, vertelt één van hen. Het deed me terugdenken aan ons bezoek aan Chili eind jaren ’80 waar we grote en kleine pinksterkerken bezochten. Sommigen waren nog maar een paar weken oud. Ze hadden een bord op hun kleine huis in een arme wijk gespijkerd met ‘kerk’ erop en begonnen met vijf avonden per week dienst te houden. Het betekende vijf avonden met muziek, gemeenschap , vijf avonden met verdriet en vreugde. Daardoor kwam je los uit de ban van hard werken, geldproblemen en hopeloosheid. ‘We zijn arm, maar we weten ons vrij en waardevol in Gods ogen’, vertelden ze ons. Vrouwen stonden op en profeteerden, gevangenen werden opgezocht, ze voerden aktie tegen drankmisbruik en vertelden ons dat de kerk je helpt uit het diepe dal van de armoede te klauteren met Gods hulp.

Na de excuses van onze regering voor het onrecht van slavernij en de verhalen over structureel racisme dat voortduurt, merk ik dat de tentoonstelling anders bij me binnenkwam. Ik ontmoette het lijden en de struggle van zwarte mensen en ik zag vooral de ongelofelijke moed van mensen die het lukt hun kracht en zelfrespect terug te vinden. In de tentoonstelling konden ze er zelfbewust in alle expressie zijn en ik kon dat eerlijk gezegd pas nu als een gelijkwaardig mens ontvangen. Een filmpje over een zwarte prediker die het had over Gods ‘grace’ en doorging en doorging tot hij bijna over de rand ging raakte me tot mijn verrassing. ‘Zo kan je ook preken’ zei de organiste uit Maarssen die ik daar toevallig bij dat filmpje ontmoette. En ik dacht ‘Ja, zo komt iets van Gods vrede dit jaar tot me, door deze geweldige prediker die zoekt en zoekt tot hij nieuwe kracht in zichzelf vindt.’

Hoe jullie kerst ook was, met of zonder ‘kerstgevoel’ ik wens jullie allen een stukje vrede en nieuwe kracht voor het nieuwe jaar.
Corinne Groenendijk